De functie van de slagerij is met de jaren behoorlijk veranderd. Consumenten komen niet meer alleen voor een goed stuk vlees, maar ook voor winkelbeleving, een gezonde maaltijd en informatie over de herkomst van producten. Als de inrichting daarop is afgestemd, groeit de omzet, zo blijkt.
1. Frank Hof Keurslagerij ’t Hof van Blankendaal:
‘Sinds de verbouwing is m’n omzet met 33 procent gegroeid’
Hij is een leven lang slager en heeft het vak compleet zien veranderen, zegt Frank Hof van keurslagerij ’t Hof van Blankendaal in Tuitjenhorn. “Nu is het meer een eet-ideewinkel. Toen ik op m’n dertiende hier kwam helpen, maar ook in 2011, toen de eigenaar vroeg of ik de zaak wilde overnemen, was dit een traditionele slagerij.” Voordat Hof de slagerij overnam werkte hij een tijd bij andere slagers, bracht hij een jaar in Australië door en werd hij bij terugkeer in Nederland manager van twee supermarktfilialen. Nu is hij eigenaar van de winkel waar hij ooit begon.
Na de overname duurde het drie jaar voor hij kon verbouwen, samen met de bakker die in hetzelfde pand zit. Over het resultaat en de vakkundige hulp van Infrashop, een bedrijf voor winkelinterieurbouw, is de keurslager erg enthousiast. Hof: “John Dekker van Infrashop heeft een unieke kijk op het mkb. Hij focust vooral op hoe producten het beste verkopen. Nu heb ik de kassa bij de deur staan. Bij de toonbank kunnen mensen als vanouds terecht voor maatwerk. In het wandkoelmeubel heb ik voorverpakte producten, waaronder salades, maaltijden, voorgerechten, broodjes en vleeswaren. Wie haast heeft, staat in enkele minuten weer buiten. Mede daardoor trek ik veel jong publiek en toeristen. Jongeren eten bewuster; ze willen vers gesneden vlees met een verhaal, antibiotica- en hormoonvrij. Ons vlees komt uit één stal en je kunt via de webcam kijken hoe het eraan toegaat. Feitelijk hebben we de winkel van vroeger gecombineerd met de winkel van nu. Infrashop is daar meester in. Sinds de verbouwing is m’n omzet met 33 procent gegroeid.”
Voor Dekker is dat geen verrassing. “Dankzij de ruime werkplekken achterin kunnen klanten zien hoe de specialiteiten worden bereid. De Rational ovens met de koperen schouw benadrukken kwaliteit en de warme sfeer. Het wandkoelmeubel van Smeva vormt tegelijkertijd de scheiding tussen bakkerij en slager. Het trekt meer klanten die meer zien en meer besteden.” Hof glundert: “Onze eigen mensen voelen zich hier ook als een vis in het water en dat merken de klanten. We hebben altijd gekozen voor bewust denken over en omgaan met producten. Dat geldt zowel voor vlees en vis als voor vegetarische producten. Dat werkt. Hier boodschappen doen voelt als een uitje.”
2. Fokke de Roos Uw slager Fokke de Roos
‘Klanten zien me werken en ik kan vertellen wat ik doe’
Zeven jaar geleden zou de slagerij in de Hoofdstraat in Gorredijk voorgoed verdwijnen. De zaak van Slagerij Piet Veldkamp was al helemaal leeggehaald. Het liep anders, doordat Fokke de Roos een eigen winkel wilde beginnen. Op z’n vijftiende was hij zijn carrière begonnen bij een zelf slachtende slager. In de drie decennia die daarop volgden deed hij een wereld aan ervaring op en werd hij onder meer meester worstmaker. “Met die ervaring wilde ik iets moois doen,” zegt De Roos. Hij koos de Uw-Slager-formule; de winkel werd heringericht met nieuwe vloer- en wandtegels, een nieuw plafond, kleine bouwtechnische aanpassingen, plus oerdegelijke koelingen en een toonbank van Koops Midden-Nederland. “Perfect,” zegt de Roos. “Koops is goed en voordelig, precies wat we nodig hadden. We konden gaan draaien en kijken of ons idee zou aanslaan. Er zijn hier drie supermarkten en nog een slager. Gorredijk, inclusief de wijde omgeving, telt zo’n 20.000 mensen. Ik nam dus een gok. En het dorp reageerde bijzonder positief.”
Afgelopen najaar was het tijd voor een vervolgstap: De Roos begon met de maaltijden van Meat & Meals. “Consumenten vragen om gevarieerde en gezonde maaltijden met een uitgebreide keuze en dat biedt Meat & Meals. We hadden wel een ruimere toonbank nodig en een zelfbedienings-wandmeubel voor de vleeswaren, de broodjes, de grillworsten en voor een deel van de maaltijden. Door dat wandmeubel kun je niet meer in de keuken kijken. Maar mijn hakblok staat wel in het zicht; klanten zien me werken en ik kan vertellen wat ik doe. We hebben er goed over nagedacht. Als je weet wat je wilt kun je gericht zoeken en heel betaalbaar verbouwen. De laatste verbouwing heeft me nog geen 20.000 euro gekost. Zodra we met Meat & Meals begonnen, groeiden we met 10 procent en nu draaien we weken met 40 procent meer omzet. We gebruiken alleen verse ingrediënten. Je kunt in van alles investeren, maar als je product niet goed is wordt het nooit wat. Dat geldt voor het vlees en alle andere ingrediënten die je voor de bereidingen gebruikt. Tijdens de lockdown kwamen er vooral meer thuiskokers. Ik heb veel tijd besteed aan kennisoverdracht. Als alles weer ‘normaal’ draait, verwacht ik een nog veel sterkere groei met de Meat & Meals-formule.”
3. Jasper Rasenberg Slagerij Rasenberg
‘De beleving is totaal veranderd’
“Mijn opa was honderd procent boer. Mijn vader deed de slagersvakopleiding erbij en begon deze winkel, en hij deed er nog veel veehandel bij.” Jasper Rasenberg van Slagerij Rasenberg in Made, vlakbij Breda, heeft het vak van jongs af aan meegekregen. “Veehandel hebben we niet meer, maar we houden wel runderen voor onze eigen slagerij en we doen nog huisslachtingen.” Wat Rasenberg de laatste jaren opvalt? “De verkoop van maaltijden en van de grotere en luxere stukken vlees groeit sterk.”
Aan supermarkten en collega-slagers geen gebrek in Made, maar de klanten van Rasenberg blijven terugkomen, voor het ambacht. Zelfs in coronatijd, of toen de straat vier maanden lang opengebroken lag. Prijsvechten is niet noodzakelijk. Wel noodzakelijk was de winkelverbouwing en die is groots aangepakt, zegt Rasenberg. “Elke centimeter is opnieuw bekeken en benut. We zijn er qua loop- en werkruimte gigantisch op vooruit gegaan. We hebben vijf meter toonbank, 2,5 meter zelfbediening, een vrieskast en een kast voor grote stukken vlees. De beleving is totaal veranderd. Zo is het hakblok ingebouwd in de toonbank. Ik sta veel aan het hakblok te werken en houd nu tegelijkertijd contact met de klant. Mensen willen graag meekijken en als iemand nu een tomahawk of een ribeye wil, ziet hij me het vlees uit de kast halen en ter plekke snijden. Dat stukje vlees heeft een meerwaarde gekregen en voor mij is het werk gelijk maar de routing efficiënter. Plus, ik kan er iets over vertellen of een ander gesprekje voeren.”
De winkel is verbouwd door ‘Verswinkel Bouwen’. Bij zijn zoektocht naar een passende interieurverbouwer klikte het al in de eerste minuut met Harold Jongman. En dat is nooit meer veranderd. Het was een bijzonder prettige samenwerking, concludeert Rasenberg. “Zelfs nu nog; als ik nog iets wil veranderen hoef ik maar even te bellen en Jongman van Verswinkel Bouwen regelt het direct. Ik ben volledig ontzorgd. Ze hebben precies begrepen wat ik wilde. Een robuuste stijl met houtlook en een gastvrije uitstraling. Als een tweede huid.”
4. Herman van Rijn Barten’s Slagerijen
‘Geen enkele winkel wordt hetzelfde ingericht’
Herman van Rijn is bij Barten’s Slagerijen onder meer betrokken bij winkelinrichtingen. “Het concept van Barten is bedoeld om slagers en consumenten te ontzorgen. Van oudsher heeft het bedrijf zoveel mogelijk in eigen beheer. Dat gaat van afmesten tot het slachten en uitsnijden van vlees, en van de eigen worstmakerij tot de populaire landwinkel. Van boer tot bord, kortom.”
Wil je dat succesvol uitdragen, dan heb je een goede service, kwaliteit en herkenbaarheid nodig. De winkels moeten klantvriendelijk zijn, met een soepele routing voor medewerkers en consumenten. Bovendien moeten ze voldoen aan de eisen van deze tijd. Barten heeft inmiddels zes winkels laten inrichten in samenwerking met De Leeuw Interieurbouw B.V. uit Woerden. Van Rijn: “De Leeuw weet wat we nodig hebben goed te integreren en staat open voor ideeën. Ze denken mee. Zes jaar geleden begonnen we met de slagerij in Ypenburg en inmiddels zijn de filialen in Werkendam, IJsselmonde, Gorinchem en Zwijndrecht ingericht. En natuurlijk de landwinkel in Meerkerk. De Leeuw is sterk in turnkeyprojecten, dus van slopen tot het ophangen van het laatste plankje. De samenwerking verliep uitstekend.”
Ook Menno de Leeuw, directeur van De Leeuw Interieurbouw, is blij met deze projecten en de samenwerking. “Wij houden ervan om no-nonsense de koe bij de horens te vatten. Van Rijn komt met uitgesproken ideeën en het is interessant om die te vertalen naar de praktijk. We zijn onder meer gespecialiseerd in slagerskoeltoonbanken, we hebben een eigen ontwerper en we kunnen van A tot Z alles uitvoeren wat gevraagd wordt. De lijnen zijn kort, ook mij zie je tijdens en na de bouw op de locatie.”
Gelukkig maar, want het einde is nog niet in zicht, stelt van Rijn. “Elk filiaal is anders, een winkel in een boerendorp verkoopt wellicht meer vlees, een ander meer broodjes en maaltijden. Geen enkele winkel wordt hetzelfde ingericht qua opstelling. Ons logo en de Barten’s uitstraling zie je wel overal terug. De kracht is dat consumenten blijven kopen zolang ze weten waar onze producten vandaan komen.”